Het opstellen van interne afspraken, die de visie, missie en strategische doelen van een organisatie vormen, is vaak een vroege en uitdagende taak voor een nieuwe gemeenschap. Het vraagt vaak veel tijd en inzet, omdat het nodig is dat de individuele meningen en motivaties ergens het collectieve superego tegenkomen, samensmelten en uiteindelijk een gedeelde en wederzijds ondersteunde identiteit vormen. De uitdaging is echter niet voorbij omdat er daarna met een andere, zeer grote en belangrijke factor rekening moet worden gehouden die een compleet ander denk- en schrijfniveau vraagt: nationale wetten. Deze wetten kunnen de groep dwingen om met een formele ‘grondwet’ te komen, beter bekend als de statuten van een organisatie.

 

Elk land heeft wetten die complex, ingewikkeld en tegenstrijdig kunnen zijn (soms tot het waanzinnige aan toe), maar desalniettemin de wettelijke status van bijna alle intentionele gemeenschappen reguleren. Het is dus een goed idee om de nationale wettelijke codes te onderzoeken, bij voorkeur met de hulp van een expert, en een helder plaatje te krijgen van de beperkingen die de wet oplegt. Het is vooral belangrijk om te weten welke sancties van toepassing zijn op de verschillende overtredingen en de aansprakelijkheid van de verschillende betrokkenen.

 

De wettigheid van private leningen

In Duitsland is het strafbaar om private leningen te vragen van meer dan € 12.000. Mensen die dit doen handelen in strijd met bankwetten, wetten die waren bedoeld om burgers te beschermen tegen organisaties die mogelijk zouden gaan gokken met andermans geld. De wettelijke vertegenwoordigers van gemeenschappen die private leningen vragen, kunnen dus crimineel handelen zonder dat ze het zelf in de gaten hebben!

 

Niet iedere groep zal een wettelijke status nodig hebben, aangezien het ook mogelijk is ‘informeel’ te blijven en problemen en complicaties veroorzaakt door de wettelijke registratie van jouw entiteit te voorkomen. Hou wel in gedachten dat dit zeker niet betekent dat de groep (en zijn leden) niet verantwoordelijk kunnen worden gehouden voor hun acties, zowel collectief als individueel. Dit plaatst groepsleiders mogelijk in een kwetsbare positie, omdat ze zich mogelijk niet volledig bewust zijn van de mogelijke consequenties.

 

Een informele groep heeft volledig bestaansrecht en verschillende intentionele gemeenschappen hebben er dan ook voor gekozen om jarenlang informeel te blijven. Maar deze status plaatst de groep in een soort legaal niemandsland, geeft het beperkte macht, mist een interface die de maatschappij kan herkennen en ontcijferen en ontneemt de groep op een bepaalde manier de mogelijkheid om officieel te praten en te onderhandelen met formele autoriteiten. Het kan tot een situatie leiden waarbij, als slechts een klein aantal mensen het project verlaten, het zal verdwijnen en geen eigen bestaansrecht meer heeft. Projecten die een wettelijke entiteit zijn, hebben veel meer kans om op de lange termijn te overleven dan projecten zonder.

 

Los van een formeel kader aan de gemeenschap geven, kan een wettelijke status ook nodig zijn als je gemeenschappelijk eigendom wilt kopen, contracten met leveranciers en adviseurs wilt tekenen of fondsen wilt aanvragen van publieke of private sponsoren. Als ze goed opgesteld en geschreven zijn, kunnen statuten ook belangrijke elementen aan de groepsidentiteit toevoegen, het gevoel van erbij horen versterken.

De keus om een coöperatie op te richten in plaats van een commercieel bedrijf betekent bijvoorbeeld een stem toekennen aan elke lid (de persoon benadrukken) en niet een stem om te delen (het kapitaal benadrukken). Dit reflecteert de waarden en missie van de organisatie.

 

De statuten moeten uiteraard de nationale wetten respecteren, en in bepaalde mate ook de voorschriften van de Europese Unie. Ze moeten in het eerste deel van het document (meestal onder het kopje ‘ Doelen van de organisatie’) ook een korte versie van de visie en missie van de groep bevatten. Ze moeten in detail de formele aspecten bevatten die van grote invloed zijn op wat er gebeurt in het geval van conflicten, zoals regels over stemmen en hoe tot besluiten te komen, regels over het formeel en informeel beslechten van geschillen en regels over hoe mensen het project kunnen verlaten.

 

Het opstellen van de statuten kan een echte uitdaging voor sommige groepen zijn omdat het mensen dwingt op een andere manier na te denken dan in hun dagelijkse realiteit. Thuis raken in wettelijke onderwerpen kan een significant moment van collectieve groei en evolutie zijn. Enkele vragen hierbij die belangrijk zijn:

 

  • Hoe behouden we onze identiteit en vertalen we die in wettelijke termen.
  • Welke aanpassingen moeten we aan onze organisatie doen, zodat we niet in strijd zijn met bestaande wetten?
  • Hoe kunnen we onszelf en ons project beschermen tegen juridische processen, financiële verliezen, schulden en faillissement?
  • Wat voor gevolg heeft dit voor onze interne balans en wat voor effect heeft het op de interne ordening?

Vanuit een formeel of wettelijk perspectief naar een organisatie kijken, kan een ontnuchterende en gezonde ervaring zijn. Het kan een spiegel zijn die de gemeenschap dwingt om de nodige veranderingen aan te brengen om toekomstige, en potentieel fatale, problemen te voorkomen.

 

De mogelijkheid om verschillende talen te spreken, inclusief de juridische taal van de lokale en nationale overheid, kan een gemeenschap alleen maar sterker en veerkrachtiger maken.